Hoogtemeter , m. (-s) height gauge ;  height measuring instrument ; vernier height gauge,  
          das Höhenmeßgerät  , l'appareil (m) mesureur de hauteur (v) , la jauge de hauteur (v)
In principe  een coördinatenmeter, doch voor slechts een (hoogte)coördinaat en berustend op  het principe van de transversaalcomparator. 
          In z'n  eenvoudigste vorm bestaat een hoogtemeter uit een verticale geleider op een  voet, met een maatverdeling waarlangs een slede kan schuiven die een opnemer  of een kraspen draagt. Men spreekt dan van een hoogtemeter en hoogteafschrijver. 
In z'n meest  geavanceerde vorm is het instrument op lucht gelagerd, en is het uitgerust met  geheugenfuncties, met ingebouwde computer en programmeerbare verwerking van  de meetgegevens en vindt digitale aanwijzing van het meetresultaat plaats. Ook  voorzien die instrumenten in de uitvoer van een binair gecodeerd signaal voor  externe informatieverwerking.
            
                                                
Met de hoogtemeter als afschrijver kunnen voorwerpen worden afgetekend, hetzij door direct in het oppervlak van die voorwerpen te kraspen, hetzij in een op dat oppervlak met aftekeninkt aangebrachte kleurlaag. In het laatste geval kan de kraskracht erg klein zijn, wat de nauwkeurigheid van de aftekening ten goede komt. Verder wordt de nauwkeurigheid bevorderd door een kleine effectieve lengte van de kraspen. Dat is de lengte vanaf de inklemming tot aan de punt.
Vorige pagina